“Het was bijna een soort van cultuurshock om weer in Nederland te zijn“
Jacquelien, Jorik, Jarno en Wilko maakten van 1 juli t/m 18 juli een 18 daagse rondreis door Ghana.
Zij bezochten een het project ‘Queen of Sheba’ waar hun jongste zoon (Jarno) vanaf begin april als vrijwilliger mee heeft gebouwd aan een centrum voor moeder en kind (kraamkliniek.
Zij beschrijven hieronder de reis aangevuld met prachtige foto`s.
1 juli zijn we naar Accra gevlogen waar we door ‘pick-up-service’ zijn opgehaald en naar het hotel zijn gebracht. De volgende dag zijn we weer opgehaald en afgezet op het vliegveld voor onze binnenlandse vlucht naar Tamale. Op het vliegveld in Tamale waren er wat ‘opstartproblemen’ met een taxi die niet meer wilde starten, “welkom in Ghana” zou onze jongste zoon zeggen. Na een overnachting in de Zosimli Lodge werden we door de gids Sylvester opgehaald en zijn we na Gushegu (125 km ten noorden van Tamale) gereden waar we na 3 maanden onze zoon weer zagen.
In Gushegu hebben we mooie dagen gehad, op de projectlocatie geweest en gewerkt, het ziekenhuis bezocht, een rolstoel weg wezen brengen in een naburig dorp, gevoetbald met de lokale jeugd, groente gekocht op de lokale markt en de verhalen van onze zoon gehoord. We verbleven daar bij familie Boon en kregen door de gesprekken, de bezoeken en de mensen die we ontmoette al een mooie inkijk in het land, de mensen en de manier van leven en in Ghana.
6 juli was de dag dat onze zoon echt afscheid moest gaan nemen van zijn Ghanese vrienden en van het project en begon onze rondreis door Ghana (dag 1).
Vanuit Gushegu zijn we, via Tamale, op Ghanees tempo richting het zuiden gereisd. En met tempo bedoelen we dat er de tijd was om de dingen op een rustig tempo te doen, maar ook de (hoge) snelheden die onze chauffeur met zijn bus wist te bereiken op de typisch Afrikaanse wegen.
Tijdens onze dagen in Tamale hebben we door de markt gelopen en de mengelmoes van geuren (zeep, kruiden, vlees, vis, zweet) geroken, de school van Kidz Active bezocht en zijn we wezen eten bij de gids thuis (Sylvester, nogmaals bedankt!). Omdat onze zoon de stad al kende, konden we ’s avonds met de ‘yellow-yellow’ ergens in de stad gaan eten en voetbal kijken (EK). Een leuke ervaring.
Het bezoek aan Mole Nationaal Park was mooi. Omdat het van 2.30-10.30 uur onafgebroken geregend had, konden we pas om 11.00 uur op jeepsafari i.p.v. 7.00 uur. Een gave rit over ondergelopen wegen. We hebben in het park de olifanten gezien, apen, verschillende soorten vogels, antilopen, waterbokken, wrattenzwijnen en een krokodil die over de weg zwom.
Ontbijten samen met een olifant is een onvergetelijke ervaring.
Onderweg van Mole naar Nkoranza (250 km) hebben we de moskee van Larabanga, de Kintampo watervallen en het apenreservaat met oerbomen (reuze ficussen) in Boabeng bezocht.
In Nkoranza hebben we overnacht bij de Hand in Hand gemeenschap, een leefomgeving voor verstandelijk (en vaak meervoudig) beperkte kinderen in Ghana. Mooi maar ook schokkend om ook deze kant van Ghana te hebben gezien. Na een wandeling van de bewoners van de gemeenschap door het ‘dorp’ en een ontbijt zijn we vertrokken naar Effiduase. Hier sliepen we in het Banko Women Organization Hostel. Wat een heerlijke en mooie plek is hier gecreëerd door Patricia, een Nederlandse vrouw die al 14 jaar in Ghana woont. En wat hebben we heerlijk (glutenvrij) gegeten.
’s Middags hebben we zonder de jongens de Prayer Mountain beklommen. Een bijzondere berg.
Van Effiduase zijn we naar een resort bij Lake Bosumtwi gereden. Onderweg hebben we een traditionele weverij bezocht en de naastliggende cacaoplantage. We zijn in Kumasi over een grote markt gelopen en zijn we in het museum over de Ashanti-koningen geweest. Na een moeizame weg, die eigenlijk geen weg genoemd kan worden (busje liep verschillende keren met de onderkant vast op de betonnen duikers), kwamen we bij het hotel. Hier hebben we alleen gegeten en geslapen. Het zwembad was nog niet gevuld.
De volgende dag (dag 8) zijn over dezelfde ‘weg’ vanaf Lake Bosumtwi richting de zuidkust vertrokken. Tijdens deze lange rit (220 km) zijn we gestopt bij een plek in het bos waar de slaven, die onderweg waren om verscheept te worden, een ‘douche’ kregen. Indrukwekkend. Ondertussen kon de chauffeur een band van de bus plakken. Na dit bezoek zijn we doorgereden naar het Ko-Sa Beach Resort. Een heerlijke plek aan zee, goed eten, vriendelijke mensen, (schoon) strand en verse kokosnoten. We hebben hier 2 nachten geslapen, maar een extra nacht was zeker geen straf geweest
Vanuit het resort hebben we een bezoek gebracht aan het Kakum National Park met de hangbruggen tussen de boomtoppen en aan Fort Elmina. Elmina is indrukwekkend, maar ook goed om het verhaal over de slavenhandel in Afrika van West Afrikanen zelf te horen.
Op dag 10 zijn we, na een bezoek aan het Javamuseum, van Ampenyi naar Kokrobite gebracht en hebben we afscheid genomen van Sylvester en de chauffeur. Hier sliepen we nog 3 nachten in Kokrobite Garden en klein maar zeer relaxed resort. We hebben deze dagen niet veel meer gedaan. Wat op het strand gezeten, in zee (tussen het plastic) gezwommen, in het zwembad gelegen en lekker gegeten. De jongens hebben nog 2x een surfboard gehuurd om op zee te golfsurfen.
Helaas mochten de vissersboten niet uitvaren van de regering en hebben we niet kunnen zien hoe de vissers na hun werk ’s nachts terug kwamen met de vangst.
Op 18 juli zijn we weer door de ‘pick-up-service’ opgehaald en naar het vliegveld gebracht in Accra.
Tijdens de rondreis door Ghana hebben we veel mooie dingen gezien en veel indrukken opgedaan. Sylvester heeft ons veel verteld over het land, de mensen, de gebruiken, de geiten, de geschiedenis enz.. Ghanezen zijn vriendelijke mensen en het was bijna een soort van cultuurshock om weer in Nederland te zijn waar mensen niet snel terug reageren wanneer je ze groet.